Vogelaarswijken
In het kabinet van Balkenende IV heeft de minister Ella Vogelaar van Wonen, Wijken en Integratie een lijst opgesteld met daarin 40 ‘probleemwijken’ in Nederland. Criteria zijn onder andere inkomen, werk, opleiding, aantal beschikbare woningen, bewonerstevredenheid en de mate van overlast.
Gedurende de kabinetsperiode van Balkenende IV werden er in deze wijken extra investeringen gedaan gezien stapeling van sociale, fysieke en economische problemen die zich daar voor deden.
Ook in de gemeente Utrecht bevinden zich ‘probleemwijken’. Deze zijn;
- Kanaleneiland
- Ondiep
- Overvecht
- Zullen Oost.
De gemeente Utrecht heeft zelf ook nog een wijk toegevoegd aan de lijst, namelijk de wijk; Hoograven.
Mogelijke ontstaansgronden van het veiligheidsprobleem
Complexe maatschappelijke problemen als schooluitval, een verloederde en
eenzijdige woon- en leefomgeving met weinig mogelijkheden voor sociale contacten, hoge (jeugd)werkloosheid, een gebrekkige inburgering van nieuwkomers en achterblijvende emancipatie en participatie van vooral niet-westerse vrouwen,
weinig werkgelegenheid in de buurt, ontoereikende jeugdzorg, gezondheidsachterstanden, criminaliteit en gevoelens van onveiligheid, en het ontbreken van relevante sociale netwerken en contacten, komen in deze wijken veelvuldig en naast elkaar voor.
Lokaal beleid
De woningbouwcorporaties leggen de komende tien jaar 21,5 miljoen euro per jaar op tafel om de zogenoemde Krachtwijken een nieuwe impuls te geven. De gemeente Utrecht doet daar nog eens 9 miljoen bovenop. Ongeveer de helft van het geld gaat naar fysieke plannen, zoals sloop van goedkopere huurwoningen en de bouw van nieuwe duurdere huizen. De rest is voor sociale plannen op gebied van werken, leren, integratie, wonen en leefbaarheid. In totaal gaat het om ongeveer 200 projecten in de vier officiële Vogelaarwijken Overvecht, Kanaleneiland, Ondiep en Zuilen-Oost en in de door Utrecht zelf toegevoegde wijk Hoograven.
Algemene doelstelling gemeente Utrecht.
Duurzame verbetering van de woon- en leefsituatie in de krachtwijken Kanaleneiland, Overvecht, Ondiep, Zuilen-Oost en Hoograven.
Hoe willen ze dit bereiken ?
In deze wijken kiezen ze voor een strategie van twee sporen:
Fysiek: investeren in vernieuwing van de wijk en woningdifferentiatie, zodat bewoners een wooncarrière in de wijk kunnen doorlopen en de wijken daarnaast ook aantrekkelijker worden voor groepen elders uit de stad.
Sociaal: kansen bieden aan de huidige bewoners zodat zij hun maatschappelijke positie kunnen verbeteren.
Zoals bijvoorbeeld taalcursussen, zodat de mensen de Nederlandse taal onder de knie krijgen en op die manier meer kans hebben op een baan en relevante sociale netwerken en contacten kunnen leggen.
Op deze manier kan men ook inburgeren in de Nederlandse maatschappij,
Het eerste spoor staat centraal in de projecten van Utrecht Vernieuwt. Het programma Utrecht Vernieuwt is vanaf 2011 ondergebracht bij het programma Stedelijke Ontwikkeling en Groen.
Het tweede spoor staat centraal in het programma Krachtwijken. De wijkactieprogramma’s voor de vijf krachtwijken Kanaleneiland, Overvecht, Ondiep, Zuilen-Oost en Hoograven bevatten een scala aan maatregelen om bewoners te activeren en te ondersteunen op het gebied van opvoeding en onderwijs, werkgelegenheid, vrije tijdsbesteding en wijkeconomie. De projecten die in het kader van het programma Krachtwijken worden uitgevoerd vormen een ‘plus’ op reguliere activiteiten op het terrein van wonen (programma’s 'Wonen en Monumenten' en 'Utrecht Vernieuwt'), werken (programma Sociale Zaken, Werkgelegenheid en Inburgering), leren (programma’s 'Onderwijs, Educatie en Bibliotheek' en 'Jeugd'), integreren (programma Diversiteit en Integratie), veiligheid (programma Veiligheid) en gezondheid (programma Volksgezondheid).
Communicatie en participatie
Om bewoners vertrouwen te geven in hun wijk en in de verbeteraanpak van hun wijk, is zorgvuldige communicatie van groot belang. Voor bouwprojecten is met de 'Nota Bouwen aan Participatie' vastgesteld dat bewoners een rol krijgen in de ontwikkeling. Over de uitvoering van de wijkactieprogramma’s wordt in elke wijk regelmatig en via diverse kanalen gecommuniceerd. Bij maatregelen en projecten die in de publiciteit komen, wordt consequent aangegeven dat de maatregel deel uitmaakt van de aanpak Krachtwijken. Zo wordt inzichtelijk voor bewoners welke concrete verbeteringen er in hun wijk tot stand worden gebracht. Daarnaast stimuleren we in elke wijk dat bewoners meedenken en meewerken aan de aanpak van hun wijk.
Wettelijke en landelijke beleidsmatige kaders
Minister Vogelaar schreef in haar rapport dat de meeste problemen komen doordat de ‘probleemwijken’ vooral bestaan uit sociale huurwoningen.
Het landelijke beleid omtrent de ‘probleemwijken’ richt zich vooral op fysieke herstructurering.
Door het fysiek herstructureren van een probleemwijk wil men meer diversiteit in de woningvoorraad krijgen, met als doel om huishoudens met een hoger inkomen in de achterstandswijken aan te trekken. De gedachte hierachter is dat het aantrekken van hogere inkomens ertoe leidt dat er een minder grote concentratie is van ‘probleemgroepen’, wat er indirect toe moet leiden dat de problemen verdwijnen.
In samenspraak met minister Vogelaar heeft de koepelorganisatie van woningbouwcorporaties Aedes een akkoord bereikt, de corporaties storten in 10 jaar tijd ongeveer 2,5 miljard euro in een investeringsfonds voor het opknappen van de probleemwijken.
Naast het fonds is de afspraak dat de woningcorporaties in de periode 2007-2010 150 duizend woningen in de huur- en koopsector bouwen. Daarvan is 80 procent geschikt voor ouderen. Op het vlak van energiebesparing wil Aedes substantiële maatregelen nemen.De jaarlijkse huurverhoging blijft gekoppeld aan de inflatie, zoals in het coalitieakkoord stond, maar waarmee Aedes grote moeite had.
Partners waarmee wordt samengewerkt
In de aanpak van de probleemwijken in Utrecht wordt er veel samengewerkt door verschillende instanties. Ik zal enkele van deze instanties noemen en daarbij de taak die zij vervullen.
Centrale overheid; De centrale overheid heeft de lijst opgesteld met de probleemwijken in Utrecht. Ook hebben ze beleid geschreven waar de gemeente zich aan moet houden.
Woningbouwcoöperaties; De woningbouwcoöperaties richten zich vooral op het slopen en weghalen van verouderde en verloederde woningen. Ook richten ze zich meer op de bouw van duurdere huur/koop woningen waardoor de samenstelling van de gemeenschap in de wijken zal veranderen.
Politie; Doordat er veel criminaliteit plaatsvindt in de wijken is de politie een belangrijke partner voor de gemeente. Het is de taak van de politie om orde te houden en voor fysieke veiligheid te zorgen in de wijken.
Buurtvereniging ; Buurtverengingen zijn eigenlijk de ‘vertegenwoordiging’ van de bewoners. Het is dus ook voor de gemeente van belang om met hun rond de tafel te gaan. De buurtverenigingen kunnen de wensen en punten van kritiek van de buurbewoners doorgeven aan de gemeente.
Kritiek en mislukking Vogelaarwijken.
Na het opstellen van de lijst was er al de nodige kritiek. De lijst was te kort, de criteria niet specifiek genoeg, de lijst was niet evenwichtig.
Volgens de Vereniging van Nederlandse Gemeenten heeft de minister oude gegevens gebruikt om vast te stellen welke probleembuurten extra geld krijgen om weer leefbaar te worden. Ook was er de nodige kritiek op wijken die niet in de lijst werden genoemd als ‘probleemwijken’ maar die er wel toe behoorden. Onder andere in de gemeente Utrecht, de gemeente Utrecht heeft zelf de wijk Hoograven nog toe moeten voegen aan de lijst.
Maar er was niet alleen kritiek op wijken die er niet in stonden, ook stonden er wijken in die in de voorgaande jaren op veel punten waren verbeterd. Gemeenten zagen niet in waarom deze wijken toegevoegd waren aan de lijst. In deze wijken was het percentage qua woninginbraak, criminaliteit en vele andere zaken gestaag gedaald.
Met de informatie die we nu hebben kunnen we zeggen dat het beleid omtrent de Vogelaarwijken is mislukt.
Hier zien verschillende redenen voor, deze zijn;
- Verplaatsing van het probleem; Door structurele herstructurering wordt niet het probleem aan gepakt, het probleem verplaatst zich alleen naar andere gebieden in de gemeente.
- Financiële crisis; Ook de financiële crisis heeft invloed op de Vogelaarwijken, niet alle bouw / renovatie plannen zijn uitgevoerd. Maar dit is niet het enigste probleem door de crisis, banken geven minder snel een hypotheek voor huizen in gebieden die op de lijst staan.
Externe links
http://www.inoverheid.nl/artikel/nieuws/1637624/rekenkamer-beleid-vogelaarwijken-kan-beter.html
http://nl.wikipedia.org/wiki/De_40_wijken_van_Vogelaar